In mijn vorige blogartikel vertelde ik je de eerste 3 stappen die je kunt zetten bij het ontwerpen van een workshop. Als het goed is heb je inmiddels je subdoelen helemaal uitgewerkt volgens de laatste stap (stap 3) in het vorige artikel. In totaal zijn er 5 stappen voor het ontwerpen van een workshop. In dit blogartikel vertel ik je wat stap 4 en 5. Ik vind dit zelf het allerleukste gedeelte, want we gaan de subdoelen omzetten in de daadwerkelijke inhoud van de workshop.

 

Stap 4: Maak de inhoud van je workshop

Ik deel een workshop altijd op in 4 onderdelen:

  1. De introductie;
  2. De kern;
  3. Pauzes/energizers;
  4. En de afsluiting.

Ik licht hier onder elk onderdeel toe.

 

De introductie

We beginnen bij het begin! Probeer in je introductie altijd een aantal dingen te verwerken. Zorg er ten eerste voor dat de deelnemers altijd kennis met elkaar maken. Kennen ze elkaar al? Verzin dan een leuke oefening waarbij ze iets moeten delen dat nog niemand van ze weet. Bijvoorbeeld: ‘Ik ben hier de enige die…’. Ten tweede is het goed altijd de ‘pijn’ of het probleem weer even op te halen waarom de deelnemer hier ook alweer is. Wat wil diegene leren? Waar ga jij ze mee helpen?  Benoem dan ook duidelijk het resultaat (de oplossing van hun probleem) van jouw workshop. 

 

Sta stil bij de verwachtingen

Verder is het fijn om in de introductie altijd kort stil te staan bij de verwachtingen van de deelnemers. Wat willen ze uit deze workshop halen? Door dat te toetsen, weet je waar je op moet inspelen! Heeft iemand een verwachting die jij niet kunt waarmaken? Geef dat gelijk aan!

 

De Kern

In de kern ga je per subdoel (stap 3) een werkvorm bedenken. Wil je kennis delen? Dat kan doordat je het vertelt, een tekst laat lezen, een video laat zien, etc. Wil je een vaardigheid aanleren? Laat ze het ook daadwerkelijk doen, zodat ze de vaardigheid onder de knie krijgen. Met alleen uitleggen haal je dat doel namelijk niet. 

Kijk per subdoel wat je wilt bereiken en ga op zoek naar werkvormen die daar het beste bij passen. Werkvormen zijn vaak opgedeeld in verschillende clusters, zoals:

  • Kennis delen;
  • Discussiëren;
  • Brainstormen, 
  • Informeren, 
  • Vaardigheid leren etc.

     

Maak gebruik van Google

Bij het bedenken van werkvormen kun je gretig gebruikmaken van Google. Zoek op het cluster/doel + ‘werkvorm’ en lees veel opties. Je kunt zo algemene werkvormen gebruiken, maar je kunt ze natuurlijk ook aanscherpen en op jouw manier inzetten. Daarnaast geeft het ook veel inspiratie waardoor je misschien zelf wel een hele nieuwe werkvorm bedenkt. Vergeet ook niet te putten uit eigen ervaringen van workshops waar je bent geweest. Het gaat om jouw inhoud, die werkvorm mag je best ‘jatten’ van anderen. 

 

Zorg voor afwisseling

Probeer de verschillende soort werkvormen af te wisselen. Niet alleen maar in tweetallen werken, niet alleen maar energiek door de ruimte rennen, niet alleen maar op post-its schrijven en vooral niet alleen maar jouw powerpoint presentatie oplezen. De kracht zit ‘m in de afwisseling. Probeer zeker elke 15 minuten een ander soort werkvorm te kiezen.

 

Pauzes en energizers

Hier kan ik kort over zijn. Houd zeker elke 1,5 uur een pauze en begin daarna met een leuke energizer. Hierover kun je talloze opties vinden op internet. Kies iets wat jij leuk vind en wat goed voelt om te doen. Het mag aansluiten bij je inhoud, maar het hoeft zeker niet.

 

De afsluiting

Bij de afsluiting is het goed om als eerste terug te komen op de verwachtingen die de deelnemers aan het begin hebben genoemd. Heb je alles behandeld? Is het duidelijk? Hebben ze nog vragen? Daarnaast is dit de uitgelezen kans om naar een evaluatie of review te vragen én om een sales-aanbod te doen. Een evaluatie kan heel waardevol zijn voor de eerste paar keer dat je de workshop geeft. Zo kun je jouw programma blijven aanscherpen.

Stap 5: Bereid de workshop voor

De inhoud staat. Wat nu? Dat ga ik je nu vertellen!

Maak een globaal draaiboek

Als eerste is het belangrijk om een globaal draaiboek te maken. Schat in hoe lang je ongeveer per werkvorm bezig bent. Schat het ruim in, zodat je altijd tijd hebt voor uitloop, interactie, vragen en gezelligheid. Mijn draaiboek is dan ook nooit in beton gegoten en loopt standaard scheef met de échte tijd, maar het geeft een goede richtlijn om in te schatten hoe lang je workshop is. 

Kom je er nu achter dat je voor 5 uur aan werkvormen hebt en maar 3 uur de tijd hebt? Ai… Het is tijd om te schrappen! Bedenk dat je liever 6 dingen helemaal doet dan 3 dingen half. Deel je workshop bijvoorbeeld in 2 delen in. Of maak een deel online. Er zijn veel dingen mogelijk. Zorg dat je echter niet te veel  stof in je uren propt. Dat is een overkill voor je deelnemer(s) en een stressfactor voor jou. 

 

Laatste check

Het is ook een goed idee om een laatste check op je leerdoel en je subdoelen te doen. Ben je niet stiekem tussendoor uit de bocht gevlogen? Heb je er misschien iets bij verzonnen wat ‘ook echt wel leuk is om te delen’? Wees kritisch. Als het niet in je leerdoelen past, moet je het echt weghalen. Kill your darlings noemen we dat. Dat is dé manier om een informatie overload bij jouw deelnemers te voorkomen. Gebruik de informatie die je schrapt voor een ander middel of een vervolg workshop!

Laatste tip

Als afsluiter van deze blog heb ik nog een allerlaatste tip voor jou. Zorg dat je deelnemers aan het werk zijn en jij niet ;). Heeft iemand een vraag? Misschien weet iemand anders het antwoord! Gooi je ellenlange Powerpoint presentatie weg en zet de deelnemers aan het werk. Je kan het!

 

Simone Plukkel

Simone Plukkel

Simone is leerexpert. Ze inspireert en stelt ondernemers in staat om hun eigen missie te gaan verwezenlijken door hen te helpen met goede didactische leermiddelen, zoals een workshop, (Insta)cursus, (online) programma of training.  

Op Business Babes deelt ze tips, zodat jij jouw kennis kan gaan delen en je deelnemers er ook écht iets van leren.